20-80-ers: muzikanten!

Vandaag werd ons oog getrokken naar een lijstje met best verdienende artiesten in 2011. “Onze” André Rieu staat wereldwijd op de 15e plaats met opbrengsten van zijn concerten, door Pollstar geschat op 63,5 miljoen dollar. Als we de hele lijst bekijken, zien we hier een hele serie 20-80-ers op een rij. Het zijn mensen die met doen waar ze lol in hebben onwaarschijnlijke bedragen verdienen, vooral als we kijken naar de tijd die ze daarvoor nodig hebben.

Even zonder allerlei details over bijkomende activiteiten als marketing, personeelsgedoe en reistijd, zien we dat U2 met 34 (!) optredens 232 miljoen dollar bijeen speelde. Dat is zo’n 7 miljoen dollar per concert. Een concert van U2 duurt ongeveer 2 uur… Extra 20-80 is dat de artiesten elk concert nagenoeg hetzelfde programma afwerken, dat is nog een heel verschil met een leraar die elke les iets nieuws moet brengen. En nog gekker: oude nummers blijven ook in de nieuwe concertreeksen het meeste enthousiasme losmaken, waardoor artiesten dus met één pakketje nummers heel lang mee kunnen. En dat blijkt ook wel uit de top 25 grootverdieners op de lijst: de U2-jongens zijn al in de 50, net als John Bon Jovi (3) en Sade (9), terwijl de toptieners Roger Waters (5), Elton John (6) en Paul McCartney (10) al ver in de 60 zijn. Paul McCartney kwam voor 79 miljoen dollar 24 keer z’n huis uit.

Okay, van die enorme opbrengsten zullen ze de nodige kosten moeten betalen. Veel personeel, veel materiaal, veel marketing. Toch zal er best nog ’t nodige overblijven, in elk geval een aantrekkelijk uurloon. Mocht je door al die kosten en die reisuren toch medelij krijgen met de dames en heren, bedenk dan dat ze nog een paar extra 20-80-inkomens hebben: opbrengsten van platen (één keer energie in steken, lifelong revenuen), concertregistraties, de wereld aan fan-shopperij, reclame-inkomsten en de nodige opbrengsten uit beleggingen.

Natuurlijk is er een beperkte markt en zal ’t nog niet zo meevallen om in dit rijtje namen te komen. Dat is ook niet het doel van deze post. Wat ’t wel laat zien is een prachtig voorbeeld hoe 20-80 bepaalde activiteiten zijn. Want behalve de astronomische verdiensten, doen de artiesten het dus ook nog eens met iets dat ze – mag ik aannemen – enorm leuk vinden, relatief weinig moeite kost en bijna hun hele leven kunnen blijven doen.

Vergelijk dat eens met andere “topinkomens”, waarover vaak schande wordt gesproken, maar die niet zelden gaan naar mensen die 80 uur per week bezet zijn met die inkomensbron en daarbinnen vaak heel diep moeten gaan met ingewikkelde besluiten, risico’s, saaie pakken papier, zware onderhandelingstrajecten, lastige personeelskwesties, politiek gekonkel, gedoe met de media enzovoorts. Kortom: kun je nog zingen, ….

Klik hier om de lijst te bekijken, en ook hoe 12% van de toppers al 30% van de top-opbrengsten naar zich toe haalt.